Tijdens de lessen wordt er gewerkt met thema´s. De jaargetijden en feestdagen komen natuurlijk aan bod maar ook thema’s die aansluiten bij de belevingswereld van peuters zoals het circus en ‘mijn held’.
Kinderen leren begrippen als onder, boven, over en achter alleen door zich deze begrippen bewegend eigen te maken. Iedereen weet zich misschien nog wel een leerkracht te herinneren die dingen heel goed uit kon leggen door het voor te doen, het je te laten ondervinden. Woorden blijven kaal als er alleen maar over gesproken wordt, je moet ze ervaren.
Bewegen op muziek bevordert de grove motoriek van een kind doordat de bewegingen herhaald worden tijdens de lessen peuterdans. Door mee te kunnen doen aan bewegingsspelletjes legt een kind contact met leeftijdsgenootjes. Ze leren samen spelen, maar ook wachten op hun beurt en teleurstellingen verwerken. Ze leren zich vrij te bewegen en zich te presenteren. Een vast begin en einde is het houvast in de lessen, dat geeft herkenning en veiligheid. Ze krijgen steeds meer vertrouwen en mogen en kunnen steeds meer zelf doen!
